Huisvesting.

Waar zaten we en zitten we nu?

Feitelijk ontstond de regio zo ongeveer eind jaren 80 toen er voldoende leden in de streek rondom Nijmegen en Arnhem lid waren geworden. We zijn begonnen met het bouwen van een of meer smalspoormodules in de naaiateliers van een firma in vloerbedekking en gordijnen in Wijchen. Alle gordijnen en vloerbedekkingen gingen dan één keer in de drie weken van de tafel af en vanaf een kleine bergzolder kwamen de modules dan op de tafel zodat wij eraan konden werken. Het was nog allemaal heel bescheiden, want veel spullen hadden we niet en het materiaal van de firma BEMO was nog heel bescheiden.

Toen die firma groeide en geen ruimte meer kon bieden aan onze bezigheden, zijn we verhuisd naar de opslagruimten van een lid van ons die een winkel had tegenover de Brabanthallen in Den Bosch. Ook daar werden de klompen, laarzen, hooivorken en wat dies meer zij opzij geschoven en werden de modules uit de berging gehaald zodat wij er aan konden werken. Zelfs hadden we op enig moment werk- en bergruimte tot onze beschikking in een van de ruimtes van de Brabanthallen zelf. Wij waren de koning te rijk.

Maar ja, alles geschiedde op basis van ‘Ik ken nog iemand die ons wel wil helpen’ en was een dergelijke basis een nogal smalle om gedurende vele jaren zekerheid te kunnen bieden dat we een echte ruimte hadden waar we konden werken, opslaan, rijden en plezier hebben.

Dat veranderde begin jaren 90 toen we een ruimte betrokken in het Verenigingsgebouw in Overasselt. We huurden daar eens in de twee weken een zaal, terwijl onze modulebakken onder de vloer stonden opgeborgen. Iedere keer als er club was, werden er een of meer bakken naar boven gehaald (je kon in die kelderruimte niet rechtop staan), naar de zaal gebracht en klussen maar. We hebben er een leuke tijd gehad en mochten ook zo nu en dan gebruik maken van de grote zaal. Dan werden de modulebakken van andere regio’s naar Overasselt vervoerd en aan elkaar geknoopt tot een heel grote baan. Het waren heerlijke zaterdagen genieten van de Zwitserse hobby.

De "clubruimte" in Overasselt.

 

Toen werd het voorjaar 1995. Overasselt en ook de zaal van het Verenigingsgebouw ligt vlak achter de dijk van de Maas en die rivier steeg tot angstwekkende hoogtes. Op één van die hoogwateravonden ging de telefoon vanuit Overasselt: ‘Het water van de Maas begint de kelder binnen te stromen, jullie modulebakken staan natte voeten te krijgen!!’. Zelden hebben we als club zo snel gereageerd. Via bevriende instanties werd er diezelfde avond én transport geregeld om de bakken, nadat ze uit het water waren gevist, te transporteren én er werd ter plekke een bestemming gevonden in het dorpshuis in Herveld (Betuwe) waar de bakken zolang konden staan.

 

Bekendheid genereren in Herveld.

 

Dat ‘zolang konden staan’ werd uiteindelijk twintig jaar. We kregen een opslagruimte in de kelder en we huurden een keer per 14 dagen een zaal waar we konden klussen, de bar was een geliefde verblijfplaats. Iedere paar jaar hielden we een open dag in de grote zaal waar dan de hele baan werd opgesteld zodat iedereen er van kon genieten. Omdat wij geen vaste opstelplaats voor onze baan hadden maar telkens alleen aan slechts een paar bakken konden werken, maakten we dankbaar gebruik van de mogelijkheid om vrijwel ieder jaar in de wat langere vakanties de centrale hal van de nabijgelegen basisschool te gebruiken om gedurende één of twee weken onze baan op te stellen en zo al die tijd te kunnen rijden, modelleren en knutselen.

Ergens tussen 2010 en 2015 werd het steeds duidelijker dat het Dorpshuis wellicht geheel zou worden verbouwd of zelfs vervangen door een nieuwbouw. Reden voor ons om om te zien naar een andere verblijfslocatie maar nu wel één waar we de baan permanent konden opstellen. Na lang zoeken vonden we die in Gennep in een ruimte waaruit een andere modelspoorclub was vetrokken.
Dat was toch wel een lastige beslissing, want Gennep was een heel stuk verder dan Herveld en ook de prijs voor die ruimte was nogal wat hoger dan we in Herveld gewend waren. Maar we hebben onze knopen geteld en één ervan doorgehakt: Gennep, here we come.

In het voorjaar van 2015 verhuisden we naar de Stationsstraat in Gennep en daar hadden we een heel woonhuis tot onze beschikking, een gezellige barruimte en meer dan genoeg opbergruimte om al onze spullen kwijt te kunnen. De baan paste op de benedenverdieping, de modelbouwafdeling werd op de 1e etage gesitueerd en de bovenste etage gebruikten we voor verdere opslag. We hebben wat afgeschilderd, behangen, draden getrokken, lampen opgehangen e.d. om e.e.a. naar onze zin in te richten. Onze beurspresentatie in Gennep in zaal Pica Mare in 2017 heeft de pers gehaald en genereerde een leuke omzet, altijd goed om kosten te dekken. We hebben er veel plezier gehad, we vonden de kortste OV-verbinding naar Gennep, we reden met elkaar mee, maar Gennep bleef ver weg en op enig moment kwamen we aan de rand van onze financiële draagkracht. Er moest wat gebeuren.

De barruimte.

De ruimte met de baan.

De ruimtes zijn verfraaid met foto’s van Zwitsers treinmaterieel.

Nog een sfeerbeeld.

De trap naar de 1e verdieping.

De werkruimte op de 1e verdieping.


Waar zitten we nu?

Ook als club moet je af en toe geluk hebben en dat gebeurde in de zomer van 2018 toen twee van onze leden, via een vrijwiligersklus op een heel ander vlak, in contact kwamen met het Dorpshuis in Ooij bij Nijmegen. Lang verhaal kort: wij konden de kelder van het Dorpshuis aldaar betrekken tegen een alleszins redelijke prijs. We konden gebruik maken van nog een aanvullende zaal en opbergruimte voor onze spullen op weer en andere plek in het Dorpshuis.

Onze ‘Umzug’ om het eens op zijn Duits te zeggen in februari 2019 van Gennep naar Ooij liep via Wijchen. We hadden een beurs georganiseerd in Wijchen, precies in het weekend waar we naar Ooij zouden verhuizen. Dus eerst alle spullen en vooral de baan naar Wijchen en van daar naar Ooij. Klinkt ingewikkeld maar het was leuk en financieel aantrekkelijk om het zo te doen. En daar zitten we nu, hopelijk voor lange tijd.

Vertrek uit Gennep.

De nog lege kelder waar de baan moet komen.

Een klein deel van de baan in stukken.

Cees en Simon zetten de baan in elkaar, maar hoe zat het ook alweer.

Het grootste deel van de baan zit in elkaar. Achteraan de bar.

Het is passen en meten maar de baan past precies in de kelder. Links het gedeelte in aanbouw.